Onderwijskwaliteit: voortdurend in beweging

We stellen onszelf de volgende vragen:

  • Doet de school de goede dingen?
  • Doet de school de goede dingen goed?
  • Hoe weet de school dat?
  •  Vinden anderen dat ook?
  • Wat gaat de school nu doen?

Met het beantwoorden van deze vragen kunnen we in kaart brengen of we voldoen aan de deugdelijkheidseisen (wettelijke eisen), hoe we dat vormgeven, hoe we dat toetsen of monitoren, hoe we verantwoording afleggen en wat de eigen eisen en ambities zijn voor de komende jaren. Dit proces is een cyclus: als het hele proces doorlopen is, stellen we nieuwe ambities. Onze kwaliteit zorgt ervoor dat ons onderwijs voortdurend in beweging is.

In een interview zegt Laurentius’ schoolbestuurder Ton Christophersen: 
“Je wilt weten waar je naar toegaat als school én als schoolbestuur. Wanneer ben je tevreden als leerkracht, als schoolleider, als bestuurder. Alleen al het stellen van de vraag, ook al heb je het antwoord niet onmiddellijk voorhanden, brengt je in beweging.”

Ben je tevreden als je op de gemiddelde norm van de Onderwijs Inspectie zit? Of knaagt er nog iets en droom je van andere vergezichten? “Je hebt hoe dan ook informatie en standaarden nodig, daar ontkom je niet aan, je moet weten waar je bent, anders kun je niet weten hoe je op weg gaat. Maar die gegevens moet je niet alleen analyseren, je moet er ook betekenis aan geven en dat gebeurt in een inhoudsrijk gesprek.” Wat is dat? “Dat is een gesprek waarin je je kaarten op tafel legt. Of je nu bestuurder, leerkracht of schoolleider bent. Wat zie je aan de data, aan de ontwikkelingen in de opbrengsten, wat is je situatie? Ik zie graag dat we vanuit onze bedoeling praten als we het hebben over onze ambities: wat wil ik, wat willen wij? Jazeker, daar hebben we allemaal moed voor nodig. Maar als je dat doet dan sta je ook meteen aan het roer.”